Charlotte vertrekt van het station en wordt uitgewuift; in het middelste treinraam buigt Charlotte licht voorover, ze lijkt te zwaaien met haar rechterhand. Op de voorgrond staan respectieve- lijk Albert en Daberlohn en helemaal linksvoor Paulinka. Terwijl hij eerder naar Albert en Paulinka lijkt te kijken dan naar Charlotte zwaait Daberlohn naar haar met zijn rechterhand.